NL
.
Mitchell Esajas past voor co-optation
Mitchell Esajas past voor co-optation
Na zijn koninklijke onderscheiding ontving antiracismeactivist Mitchell Esajas behalve lof ook een 'lawine' aan racistische reacties. Sommigen gaven hun eigen lintje zelfs terug, uit protest. Esajas reageert: 'Dit laat zien hoe onveilig het voor Zwarte mensen is om racisme aan te kaarten.'

Op woensdag 28 april, een dag voor 'Koningsdag', werd ik verrast met een koninklijke onderscheiding. Burgemeester Halsema speldde mij een lintje op in de naam van 'de koning'. Hoewel die dag in verschillende steden en dorpen zo'n 3000 mensen werden gedecoreerd, verschenen er al snel krantenkoppen zoals 'KOZP-voorman ontvangt lintje'. Wat volgde was een lawine aan racistische reacties op social media van Nederlanders die door het lint gingen omdat een Zwarte1 man met een antiracistische visie was gedecoreerd namens hun koning.

Een kleine greep uit de vele reacties: ik was een 'doodvermoeiende etnonarcist, beroepsgekwetste, beroepsracist, subsidieslurper, ophitser, blankenhater, oproerkraaier, kinderfeestverpester, Nederlandse traditieondermijner, Oranjengr, Zwarte trngcrimineel, criminele uitvreter' en een 'ome Soros trotsmakende maatschappij ontwrichtende demoon'.

Zonder iets ervoor te hoeven doen heb ik ook geschiedenis geschreven. Het blijkt namelijk dat mensen voor de eerste keer in de geschiedenis 'uit protest' lintjes terug hebben gestuurd omdat een ander persoon een lintje heeft ontvangen. Het laat zien dat mijn werk en dat van andere antiracismeactivisten nog hard nodig is.

Gevaarlijke frames
In 2013 nam ik deel aan mijn eerste protest tegen zwarte piet op het Beursplein in Amsterdam. Na tien jaar antiracismeprotesten heb ik inmiddels een dikke huid gekweekt en ben ik niet meer snel onder de indruk van racistische haatberichten. De lawine aan racistische berichten na de lintjesregen kwam echter enigszins onverwacht. De woede leek aangewakkerd te zijn vanuit bepaalde media en politici.

Zo deelde Forum voor Democratie een tweet waarin stond dat ik een lintje kreeg voor het 'kapotmaken van Nederland'. JA21-raadslid Annabel Nanninga stelde vragen in de Amsterdamse gemeenteraad waarin ik als een 'gewelddadige extremist' werd geframed. Telegraaf-journalist Wierd Duk deelde een artikel waarin werd gesteld dat KOZP door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) als een 'links-extremistische' groepering was aangemerkt.

De NCTV had dit echter lang en breed gerectificeerd en KOZP uit het rapport verwijderd, ze noemde juist de radicalisering van rechts-extremisten als veiligheidsrisico. Ze noemden nepnieuws een van de voedingsbodems van radicalisering. In 2018 had Duk reeds een opruiend artikel in de Telegraaf geschreven waarin KOZP-demonstranten, en Jerry Afriyie en ik in het bijzonder, als linkse extremisten met een radicale agenda werd geframed.

Deze week werd duidelijk dat de framing en negatieve beeldvorming effectief is geweest, want als ik de berichten in mijn inbox lees zie ik dat mensen oprecht geloven dat ik een agressieve extremist ben die de Nederlandse cultuur kapot heeft gemaakt. Dat vormt een risico voor mijn veiligheid. De lawine aan racistische haat symboliseerde ook het grote gebrek aan educatie over het koloniale verleden en hoe onveilig het voor Zwarte mensen kan zijn om dit probleem openlijk aan te kaarten.

Eerherstel
Ergens kan ik lachen om de opgeklopte ophef en de (bewapende) witte fragiliteit van bepaalde Nederlanders. Het is lachwekkend dat volwassen mensen zich zo druk maken om een lintje en de reacties tonen de racistische aard van een deel van het Nederlandse volk. Zelf zat ik helemaal niet te wachten op een lintje. Sterker nog, van mij mag het afgeschaft worden. Want hoezo heeft een onverkozen persoon het 'geboorterecht' om de Nederlandse staat te vertegenwoordigen?

Na de lintjesceremonie heb ik aangegeven 'gemengde gevoelens' te hebben over het lintje in naam van de koning. De voorouders van Willem-Alexander waren immers nauw betrokken bij de slavernij en koloniale uitbuiting. Johan Maurits van Nassau was bijvoorbeeld gouverneur van de kolonie Nederlands-Brazilië en profiteerde ook persoonlijk van de trans-Atlantische mensenhandel. Ook tegenwoordig zien we nog de neokoloniale ongelijkheid binnen het 'koninkrijk' in de behandeling van de Caribische eilanden. Ik heb hierdoor overwogen om het lintje terug te geven. Echter, achteraf bleek dat mijn familie en vriendin anderhalf jaar lang veel moeite hebben gedaan om het lintje te krijgen en dat weegt zwaar voor mij.

Willem-Alexander en Maxima hebben vast niet persoonlijk alle 3000 dossiers beoordeeld, dat doet een onafhankelijke commissie. Ik zie het lintje dan ook vooral als een stuk erkenning en waardering vanuit mijn familie en community, niet alleen voor mezelf maar voor al mijn metgezellen van Kick Out Zwarte Piet (KOZP), New Urban Collective en The Black Archives die zich de afgelopen jaren - soms met gevaar voor de eigen leven - hebben ingezet voor een gelijkwaardige samenleving.

Jarenlang werden we door velen weggezet als 'zeurpieten', 'radicale links-extremisten' en 'onruststokers'. Het lintje toont aan dat dit beeld bij velen is veranderd en is een vorm van 'eerherstel' voor antiracisme-activisten die zijn gecriminaliseerd.

Witte (on)schuld
Hoewel ik kan lachen om de fragiliteit van boze witte mensen, moet ik de online haat wel serieus nemen. Hoe absurd het soms ook lijkt dat mensen extreem boos worden omdat iemand die 'de Nederlandse cultuur kapot heeft gemaakt' een lintje heeft gekregen, dit soort woede kan tot serieuze en gewelddadige situaties leiden. Ironisch genoeg betichten velen mij (en KOZP) ervan gewelddadig te zijn geweest. Dit terwijl KOZP sinds 2014 duizenden mensen heeft weten te mobiliseren voor vreedzame protesten zonder dat er ook maar één fysieke klap is uitgedeeld aan een persoon in blackface. Juist veel vreedzame demonstranten hebben met verbale en fysieke agressie te kampen gehad en sommigen zijn hier voor veroordeeld. Een aantal 'pro-pieten' zijn hiervoor veroordeeld, afgelopen week kreeg een vrouw die eieren gooide op KOZP-demonstranten nog een boete.

In 2017 werden KOZP-demonstranten op de snelweg tegengehouden door de zogenaamde Blokkeerfriezen. In 2018 werden demonstranten op meerdere plekken belaagd, zoals de Congolees-Nederlandse jonge vrouw Perle Miangue die toevallig tijdens een demonstratie in Eindhoven was en door een groep witte mannen werd belaagd. In 2019 werd mijn eigen auto kapotgeslagen door geradicaliseerde 'pro-Pieten'. In 2020 werd het pand van vereniging Ons Suriname met muurschilderingen van onder anderen Anton de Kom beklad met witte verf en beplakt met stickers waarop stond 'roetveegpiet is genocide'. In 2021 ging het mis in Volendam en in 2022 in Staphorst. Radicalisering van (extreemrechtse) groeperingen is een serieus veiligheidsrisico, zegt ook de NCTV.

Toch houden veel Nederlanders vol dat hun land geen racismeprobleem heeft. Antropoloog Gloria Wekker schreef over deze gepassioneerde ontkenning van racisme in haar boek Witte Onschuld. Ze stelt dat de ontkenning van racisme (en haar kruispunten met gender, seksualiteit en klasse) tot agressie kan leiden. De kapot geslagen voorruit van mijn auto hangt bij de ingang van de expositie 'Zwartheid Onder Ogen Komen' van The Black Archives. Het symboliseert het geweld van de 'witte onschuld'. De woede van witte mensen is niet onschuldig, maar kan levensgevaarlijk zijn en moet daarom aangepakt worden.

Geen excuses zonder herstel
Dit jaar herdenken we 150 jaar afschaffing van de slavernij. Op 19 december 2022 bood de Nederlandse Staat bij monde van Mark Rutte zijn 'excuses' aan voor zijn rol in de slavernij. De manier waarop het proces naar de excuses toe was verlopen, was zacht uitgedrukt: rommelig. In de aanloop naar de excuses werd niet oprecht geluisterd naar Zwarte Nederlanders. In 2020 stelde Rutte nog dat excuses voor de slavernij te veel zou 'polariseren'. Twee jaar later was hij kennelijk van gedachten veranderd, zo stelde hij in zijn toespraak: "Eeuwen van onderdrukking en uitbuiting werken door in het hier en nu. In racistische stereotypen. In discriminerende patronen van uitsluiting. In sociale ongelijkheid."

Dat een Zwarte Nederlander die is geridderd door politici en duizenden van hun volgers werd uitgemaakt voor roetmop, n-woord, zwartjoekel en andere racistische woorden, toont aan dat de erfenis van de slavernij nog springlevend is. Rutte gebruikte de quote van ontwerper Serana Angelista: 'We zetten een komma, geen punt.' De excuses waren historisch en het resultaat van het harde werk van de antiracismebeweging, maar excuses zijn niet genoeg, net als de €200 miljoen voor een 'bewustwordingsfonds'. Dit soort lawines aan racistische haat zijn onacceptabel en zouden bestraft moeten worden, én er moet beleid worden ontwikkeld om de giftige voedingsbodem van onwetendheid over het koloniale verleden en nepnieuws te bestrijden.

Na 10 jaar maatschappelijke discussie over het 'r-woord' racisme wordt het tijd voor een nieuw maatschappelijk gesprek over reparatie ofwel (herstel)betalingen, zowel van de Nederlandse overheid als van de steden en bedrijven die excuses hebben gemaakt én het Koningshuis. Want als je schuld bekent voor een misdaad tegen de menselijkheid, dien je ook verantwoordelijkheid te nemen om de gevolgen ervan te repareren.

Tot slot nog even over de koning. Op Koningsdag stelde Willem-Alexander dat hij het onderzoek over de rol van zijn familie in de slavernij wilde afwachten voordat hij overgaat tot excuses. Als kersverse ridder, archivist en antropoloog kan ik me daarin vinden. Ik zit niet te wachten op lege woorden op 1 juli 2023 zonder dat er een plan voor herstel(betalingen) aan is gekoppeld. Het is goed om diep de archieven in te duiken en exact uit te zoeken hoe de koninklijke familie betrokken was bij de slavernij en wat ze eraan heeft verdiend. Dit geeft de koning én ons de tijd om het te hebben over de manier waarop het onrecht dat tijdens de slavernij heeft plaatsgevonden gerepareerd kan worden.

Naar aanleiding van de racistische berichten die hij ontving, zegt Esajas aangifte te gaan doen van racisme.

Klik hier voor het volledige artikel.

Terug