NL
.
Gezocht: gezellige, a-politieke antiracismebaas
Gezocht: gezellige, a-politieke antiracismebaas
De nieuwe antiracismebaas van de Nederlandse overheid moet ‘verbindend’ zijn en een ‘onkreukbaar imago’ hebben. Volgens Olave Nduwanje zijn de beste kandidaten daarmee al direct uitgesloten. ‘Raad eens wie allemaal niet aan die omschrijving voldoen? Alle relevante Zwarte mensen die racisme bestrijden.’

Het lijkt iedereen te zijn ontgaan, maar wist je dat demissionair minister van Binnenlandse Zaken Ollongren al sinds de lente op zoek is naar een Nationaal Coördinator tegen Racisme en Discriminatie? Oftewel een nationale antiracisme-eindbaas. Denk jij, net als ik: wow! Betaald worden om racisme en discriminatie in het hart van de Nederlandse rijksoverheid uit te bannen? Dat is mijn roeping! Nou, lees dan vooral verder, want het ligt allemaal net iets genuanceerder.

Laten we eerst even stilstaan bij hoe rechtse Rutte & Co nu in hemelsnaam zover kwamen dat ze een vacature uitschreven voor een ‘regeringscommissaris met één einddoel: de aanpak van discriminatie (op alle gronden) versterken.’ Rutte? Die tot voor kort de woorden ‘institutioneel racisme’ niet over zijn lippen kreeg, omdat dat een sociologisch begrip is waar hij niks mee had? Hoe kan het dat zijn kabinet er nu van doordrongen is dat het onderwerp ‘een stevige impuls’ nodig heeft, en wel met een regeringscommissaris en een staatscommissie? Geloof me, dit is zwaar geschut. 

Voorspelbare hetze van rechts
Daarvoor moeten we terug naar de zomer van 2020: de opstand in de Verenigde Staten na de publieke executie van de ongewapende Zwarte
De auteur schrijft Zwart met een hoofdletter om aan te geven dat Zwart niet naar een huidskleur, maar naar een politieke en culturele identiteit verwijst.
1 Amerikaan George Floyd door een politieman. Onder de paraplu van het Amerikaanse Black Lives Matter (BLM) gingen ook in Londen, Parijs, Berlijn en de rest van de wereld honderdduizenden mensen de straat op om te demonstreren tegen racistisch (politie)geweld.

In Nederland zagen we in een week tijd naar schatting 50.000 mensen de pandemie trotseren om solidariteit met Zwarte Amerikanen te betuigen, maar ook om allerlei vormen van onderdrukking op eigen bodem aan de kaak stellen: kansenongelijkheid in het onderwijs, op de huizenmarkt, in de zorg en op de arbeidsmarkt, verdrinkende migranten in de Middellandse Zee, islamofobie, antisemitisme, klimaatracisme, fascisme en nazi-sympathisanten in de Tweede Kamer, en nog veel meer. De spandoeken en leuzen logen er niet om: Nederland heeft een racismeprobleem.

Tegelijkertijd was er ook een voorspelbare hetze tegen de demonstranten door rechtse media en politici, met als excuus een heleboel corona-drogredenen. Zorg-personeel zou ‘geschoffeerd’ worden door de massale bijeenkomsten tijdens een pandemie. Vooral de eerste demonstratie op de Dam in Amsterdam, waar plots 10.000 mensen op afkwamen en waar artiest en Omroep Zwart-oprichter Akwasi beruchte woorden sprak, leidde ertoe dat burgemeester van Amsterdam Femke Halsema kop van Jut werd omdat ze het liet doorgaan.

Desondanks kon politiek Den Haag negen maanden voor de landelijke verkiezingen niet achterblijven. Elke ambtenaar, politicus en beleidsmedewerker ontpopte zich plots tot antiracisme-activist. Nou ja, op sociale media dan. De hashtag #BlackLivesMatter en de zwarte vlakjes werden gretig door politici en politieke partijen getweet, gefacebookt, ge-instagramd en wellicht zelfs getiktokt. Waar Black Lives Matter, Kick Out Zwarte Piet (KOZP) en Antifa vóór de wereldwijde BLM-opmars werden weggezet als mogelijke terroristische bewegingen of ‘woke’-politie, huldigden de niet-uitgesproken rechtse media ons – ik hoorde er ook bij – nu opeens als pioniers, revolutionairen en verzetshelden.

Sluw links inhalen

De virale populariteit van de Black Lives Matter-beweging sloeg op den duur dus zelfs over naar onze premier. Tegen alle verwachtingen in haalde hij heel sluw Denk, de PvdA, GroenLinks en de PvdD links in door aan te kondigen dat hij van plan was om de leiders van BLM Nederland op gesprek uit te nodigen in het Torentje. Toen het nieuws de organisatoren van de BLM-demonstraties in Nederland bereikte, was de eerste reactie: “Huh, wie gaat-ie dan uitnodigen? We hebben geen leiders!”

We waren immers activisten die spontaan besloten om via een ad hoc WhatsAppgroep ‘iets’ te doen na de moord op Floyd. Wat zeker niet op de to-dolijst stond: een meeting met Rutte. Want wij herinnerden ons nog goed dat Rutte ons opdroeg Nederland maar te verlaten als we kritiek hadden, dus wij gunden hem geen gemakzuchtig fotomoment of een verkiezingsstunt. Wie uiteindelijk wel in het Torentje belandden? Naast een paar bekende antiracisme-organisatoren en -activisten, zag ik vooral mensen die ik nooit heb gezien bij antiracismedemonstraties. Toen ik komiek Jandino zag poseren voor de camera’s, was de klucht compleet. Dachten we.

De nieuwste aflevering van deze Dutch dramedy is de vacature voor een nationale antiracismebaas. Een functie die de linkse oppositiepartijen eisten en waar het demissionaire kabinet invulling aan moet geven. Demissionair, mind you, vanwege de ‘toeslagenaffaire’: het beste voorbeeld van de verwoestende impact van institutioneel racisme op de levens van mensen en de democratische rechtstaat in de recente geschiedenis. Dát kabinet heeft dus bepaald wat hét antiracismekopstuk van dit land moet kunnen en doen.

Dus wat staat er in het functieprofiel? Vooral heel veel wollige woorden zoals ‘maatschappelijke actoren’, ‘stakeholders’, ‘aanjaagfunctie’, ‘nationaal programma’ en ‘handelingsperspectief’. Wat ook erg opvalt: de woorden verbindend en verbinding. In het verkennende rapport van het ministerie wordt ook gesproken van een onkreukbaar imago en onberispelijk gedrag. Hoe bewijs je tijdens een sollicitatieprocedure dat je verbindend bent? Hoe – en misschien vooral voor wie – kun je verbindend zijn als het over racisme gaat? Wat is een onkreukbaar en onberispelijk imago? Het mag duidelijk zijn: dit is ambtenarencodetaal voor neutraal en niet controversieel.

Niet verbindend genoeg
Raad eens wie niet neutraal zijn op het gebied van racisme in Nederland? Zowat alle Zwarte mensen die zich al jaren in het publieke en politieke debat mengen om (institutioneel) racisme te duiden, benoemen en bestrijden: emeritus hoogleraar Gloria Wekker, historicus Nancy Jouwe, antropoloog, Black Archives-oprichter en KOZP-activist Mitchel Esajas, ikzelf en nog vele andere activisten, die soms met gevaar voor eigen veiligheid demonstraties tegen racisme hebben geleid en ander organisatorisch en academisch werk hebben verricht om verandering teweeg te brengen.

En wat was daar vervolgens de framing van? De Telegraaf portretteerde KOZP-activisten als staatsgevaarlijk en onderdeel van criminele netwerken. Dilan Yesilgöz (nu VVD  staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat) verweet Gloria Wekker op nationale televisie te polariseren en racistisch te zijn tegenover witte mensen in haar baanbrekende boek Witte Onschuld. De rechtse Twitter-hetze waarbij Nancy Jouwe werd ‘gecanceld’ toen zij op tv het punt maakte dat de Nederlandse staat racisme pas serieus nam na gewelddadige acties van Molukse activisten in de jaren 70 en 80.

Ik kan een hele waslijst maken van relevante Zwarte activisten, denkers, doeners en onderzoekers die volgens de zittende macht polariserend, extremistisch en gevaarlijk zouden zijn. Maar laten dat nou net de mensen zijn die het meest hebben gedaan – en gelaten – om de politieke urgentie en het maatschappelijke bewustzijn rond racisme in Nederland te verhogen. En juist zij hoeven dus bij voorbaat al niet te solliciteren op de functie antiracismebaas van Nederland, want ze zijn hoogstwaarschijnlijk niet ‘verbindend’ genoeg.

Talent voor symboolpolitiek
Saillant detail: uit het verkennende rapport dat voorafging aan de vacaturetekst, blijkt dat lagere overheden en het maatschappelijk middenveld er keer op keer op aandrongen dat de nieuwe antiracismebaas ook de bevoegdheid moet krijgen om het racisme bínnen de overheid aan te pakken. Maar demissionair minister Ollongren kiest ervoor om daar behendig omheen te navigeren en presteert het om nergens in de vacature ‘institutioneel racisme’ te noemen. Ze houdt het op vage taal in de trant van “handelingen van de overheid kritisch volgen” en ook “pionieren en de rol van de NCDR werkendeweg vormgeven”. De kans bestaat aldus dat we een antiracismebaas krijgen die ervoor kiest om racisme van overheidswege niet aan te vechten. Dat wordt een geval van een cosmetisch chirurg een genezende operatie laten uitvoeren: de buitenkant wordt opgeleukt, terwijl de ziekte je vanbinnen opvreet.  

Wie zal uiteindelijk de functie krijgen? Mijn gok: iemand die zich de laatste jaren in het publieke discours niet of nauwelijks heeft uitgesproken tegen racisme en die geen witte politici en/of invloedrijke witte opiniemakers voor het hoofd heeft gestoten. Ik zet in op een apolitieke, anonieme ambtenaar Diversiteit/Inclusie van Sociale Zaken. Waarschijnlijk een witte vrouw of vrouw van kleur met een groot talent voor symboolpolitiek: zij zal Gloria Wekker en Philomena Essed wel hebben gelezen, Nancy Jouwe enthousiast uitnodigen voor een panel bij het ministerie, mij goed betalen om haar jaarlijkse conferentie te komen modereren en de Black Archives een incidenteel subsidietje gunnen. Institutioneel racisme zal ze beloven al polderend te hervormen. Kortom, iemand die gezellig, verbindend en niet al te fanatiek is. Immers, de verkiezingen zijn al gewonnen en #BlackLivesMatterNL? Dat is alweer zoooo lang geleden.

Klik hier voor het volledige artikel.

Terug